Voor elk kind een passende plek, ook als hij extra ondersteuning of extra aandacht nodig heeft. Dat is het uitgangspunt van passend onderwijs. Bij PIT hebben wij het over passende kinderopvang en passend onderwijs. Door opvang en onderwijs te combineren en als één team vanuit één visie te werken kunnen wij met al onze activiteiten optimaal aansluiten op de ontwikkelingsfasen en behoeften van uw kind. Wij gaan uit van de mogelijkheden en houden rekening met de beperkingen van uw kind.
Een passende onderwijsplek kan zijn op het kindcentrum waar u uw kind heeft aangemeld, maar ook op een ander kindcentrum dat beter kan inspelen op de ondersteuning die uw kind nodig heeft of in het speciaal (basis)onderwijs.
Samenwerking
Om duidelijk te maken welke ondersteuning het onderwijs kan bieden, hebben alle scholen in Nederland een schoolondersteuningsprofiel (SOP) opgesteld. Om duidelijk te maken om welke ondersteuning dat bij ons als kindcentrum gaat, hebben we in lijn met het SOP voor het onderwijs een kindcentrumondersteuningsprofiel (KOP) opgesteld.
Het samenwerkingsverband Drechtsteden ondersteunt ons basisonderwijs bij de uitvoering ervan. Dat heeft daarvoor een ondersteuningsplan (OP), een wettelijk verplicht verantwoordingsdocument, opgesteld. Dit plan geeft aan hoe het samenwerkingsverband de organisatie en de financiering van passend onderwijs vormgeeft. Het OP van ons samenwerkingsverband kunt u vinden op de site van het samenwerkingsverband.
Ondersteuning
De belangrijkste zorg is uw kind en die zorg delen wij met u. Wij bieden graag de beste ondersteuning die er is, binnen de mogelijkheden die wij hebben. Daarover overleggen wij graag met u. Samen bereiken we meer dan elk van ons afzonderlijk. Soms is er meer ondersteuning nodig. Die betrekken wij dan van 'buiten'. Dat gaat in eerste instantie via een ondersteuningsteam. De pedagogisch medewerker/leerkracht en de intern begeleider kunnen met toestemming van u voorstellen uw kind te bespreken in dit ondersteuningsteam. De teamleden hebben het dan over de gesignaleerde zorgen over een kind en/of gezin en/of omgeving, beoordelen en wegen die zorgen, stellen een afgestemd maatwerkarrangement vast en kunnen handelings- of verwijzingsadviezen geven.
Externe ondersteuningsinstanties
Wij kunnen indien nodig een beroep doen op ondersteunende instanties die ons helpen om, samen met u, het beste voor uw kind te organiseren:
Meer- en hoogbegaafdheid
Een van de uitgangspunten van passend onderwijs is dat kinderen een ononderbroken leerlijn kunnen doorlopen en dat wij ons aanbod afstemmen op verschillen in ontwikkeling. Wij vinden dat ieder kind zijn eigen talenten heeft en dat we die graag ontdekken en ontwikkelen, ook als een kind meergetalenteerd of (hoog)begaafd is. Daarom bieden wij de mogelijkheid van compacten en verrijken- als er behoefte is aan (nog) meer effectiviteit - de Asterisk*-groep.
Compacten en verrijken
Is er bij uw kind sprake van een ontwikkelvoorsprong of (hoog)begaafdheid, dan passen wij de leerstof aan. Wij volgen hierbij de stappen uit ons plan van aanpak Hoogbegaafdheid. Wij kijken naar de behoeften van uw kind om zo de leerstof te compacten en verrijken. Compacten wil zeggen dat de basisleerstof ingekort wordt met daarin alleen het aanbod wat nodig is voor uw kind. Verrijken wil zeggen dat uw kind na het basisaanbod gaat verdiepen of verbreden. Dit gebeurt altijd in overleg met uw kind en u.
Asterisk*-groep
Omdat kindcentrum De Notenbalk deel uitmaakt van PIT kinderopvang & onderwijs kunnen wij de meergetalenteerde kinderen uit groep 7 en 8 ook nog de mogelijkheid bieden om deel te nemen aan de Asterisk*-groep. Hier leest u meer over wat deze groep inhoudt en wat de voorwaarden zijn.
Hoorrecht van kinderen
Ondersteuningsniveau 1 en 2:
De leerkracht houdt gedurende de dag informele gesprekken met het kind. Een uitgebreider kindgesprek vindt plaats rond de rapportage en/of bij bijzondere situaties rond de ontwikkeling of het gedrag van een kind. Er wordt in deze gesprekken altijd gesproken over de ondersteuningsbehoefte van het kind.
Ouders en kind:
Er is drie keer per jaar een gesprek met ouders en het kind. Het eerste gesprek staat in het teken van kennismaken en de verwachtingen van ouders en het kind bespreken. Het tweede gesprek vindt plaats rond februari, hierin bespreken we de ontwikkeling van het kind ten op zichtte van zichzelf. Het is kind is bij dit gesprek aanwezig en heeft inbreng over zijn ontwikkeling.Het gesprek in juni is facultatief tenzij het kind een OPP heeft dan is er altijd een gesprek. Hierin bespreken we de ontwikkeling van het kind ten op zichtte van zichzelf. Het is kind is bij dit gesprek aanwezig en heeft inbreng over zijn ontwikkeling.Incidentele extra gesprekken vinden plaats bij bijzondere situaties omtrent ontwikkeling of gedrag. Verwijzing naar fysiotherapie, logopedist, huisarts etc.
Ondersteuningsniveau 3:
Het kind wordt betrokken in de afstemming van de begeleiding. Kindgesprek(ken) met een intern begeleider of een externe specialist is ook mogelijk.
Ouders: In overeenstemming met ouders en kind worden eventueel aanvullende gesprekken over de geboden speciale ondersteuning gepland. Intern begeleider of specialisten kunnen gevraagd worden aan te schuiven.
Ondersteuningsniveau 4 en 5:
Het kind blijft betrokken bij de afstemming van de begeleiding. Het hoorrecht van het kind wordt opgenomen in TOP dossier of een ander document.